De carrière gefnuikt

1873 moet een optimistisch jaar geweest zijn: de trein deed nu ook Middelburg aan en het Kanaal door Walcheren lag gereed om scheepvaart te ontvangen. Het kon niet anders, of de welvaart van weleer zou terugkeren, was het gevoel. 

Foto A. Preuninger, 09-06-1870 De leden van het Koninklijk Instituut Van Ingenieurs (KIVI) zijn per stoomboot uit Rotterdam aangekomen en vergaderden te Middelburg. Zij bezichtigden het stationsterrein en maakten een rit heen en weer naar Vlissingen in een trein samengesteld uit een locomotief en zand- en tenderwagens om de spoorweg- en havenwerken te zien. – ZB Bibliotheek van Zeeland, Beeldbank Zeeland recordnr. 13383

Burgemeester en Wethouders meenden dat het hoog tijd was om gemeentebouwmeester Cornelis Krijger te bedanken ‘voor de onder zijn opzicht gerealiseerde gemeentewerken’. Ze dachten met name aan de voltooiing van de omvangrijke spoor- en kanaalwerken, het aangelegde rioolstelsel en vernieuwingen aan bruggen en scholen. 45 bestekken en begrotingen voor een waarde van ƒ 330.000 had hij gemaakt en – niet onbelangrijk -de werken onder zijn opzicht waren zonder ongelukken of schade voor de gemeente gerealiseerd. B&W stelde de Gemeenteraad in de vergadering van 1 oktober voor Krijger ƒ 1.000 te offreren. Gezien het traktement van € 1.600 op jaarbasis een bijzonder royaal gebaar.

Een deel van de raad reageerde zuinigjes: Dat kon allemaal wel zijn, maar was er wel iets bijzonders verricht? Wat vond de commissie voor fabricage (gemeentewerken) er eigenlijk van? Die was tegen, zonder dat de bezwaren op papier waren gesteld. Commissielid Snijders gaf alvast een schot voor de boeg door te zeggen dat er ‘bezwaren van kieschen aard’ waren, die hij niet in het openbaar ging zeggen, maar wel aan een vertrouwelijk rapport wilde toevertrouwen. Bovendien werd opgemerkt dat de financiële situatie van de gemeentekas allesbehalve florissant was, wat wel niets met Krijger van doen had, maar toch.  

Dat rapport kwam er en in de zitting van 30 december 1873 werd over de toelage gestemd: de stemmen staakten. Uit de krant is over de inhoud van het rapport en de discussie niets te vinden. Dat wordt wel duidelijk uit de raadsvergadering van 21 januari 1874, waar een ingekomen brief van Cornelis Krijger ter tafel lag. Hij sprak van een ‘streelend genoegen’ om te mogen vernemen dat het dagelijks bestuur zo tevreden met hem was. Minder aangenaam was – zo schreef hij – dat de commissie van fabricage tegen was, want juist met deze commissie moest hij in de dagelijkse praktijk samenwerken. Hij had het rapport ingezien en verweerde zich tegen de bezwaren: te dure plannen, te weinig toezicht, waarin doorsijpelde dat hij zich met andere, niet gemeentelijke zaken bezighield en twijfels over het rioolsysteem. Hoe dan ook, hij bedankte voor een beloning. 

B&W reageerden met intrekking van het voorstel. Dat bracht het raadslid Van Hoek tot het indienen van een voorstel om de jaarwedde van de gemeentebouwmeester met ƒ 200 te verhogen. Een uiterst pijnlijke situatie voor zowel B&W als Krijger, zo analyseert de Zierikzeesche Courant op 28 januari, die opmerkt dat algemeen de klacht is dat stadsarchitecten slecht betaald krijgen. Logisch zo stelde de krant dat ze bijbaantjes nemen om een normaal burgerbestaan te kunnen hebben.

Voordat het nieuwe voorstel eind februari in stemming kwam nam ook nu Krijger het heft in eigen hand. Opnieuw schreef hij een brief naar de raad waarin hij gezien het voorafgaande bedankte voor een verhoging van zijn traktement.

Van Krijger vernemen we verder niet veel meer. Wel werd in een ingezonden stuk in september 1875 de loftrompet over Krijger gestoken vanwege de verbouwing van de school op de Wal. Of het hem opgemonterd heeft? Op 30 juni 1876 stierf hij na ‘langdurig borstlijden’, 46 jaar oud.

Arnold Wiggers