Stadstekenmeester Jacobus Pelgrom (1811-1861)

Gezicht op de stad Middelburg, gezien van de haven, met een deel van de Rouaansekaai, en links een man met juk en hond. Een inkttekening, gewassen in kleur, vervaardigd door J. Pelgrom in 1859/1861 – ZA, KZGW ZI II 279

Waar mogelijk bleef Middelburg in de negentiende eeuw zich beroepen op haar glorieuze verleden. Een tekenschool was weliswaar voldoende voor een stad van die omvang, maar er was nu eenmaal een heuse Teeken Akademie en voor de kwaliteit ervan stond men, als de financiën het toelieten. In 1857 ontstond een vacature tekenmeester naar pleister en de dirigerende leden gingen onmiddellijk op zoek naar een gediplomeerd opvolger. Van de vier kandidaten voldeed Jacobus Pelgrom het best. 

Deze Amsterdammer was in zijn geboortestad opgeleid aan de academie, waar o.a. Cornelis Kruseman en Jan Willem Pieneman zijn leermeesters waren. In zijn studietijd maakte hij een reis naar de Schotse Hooglanden. Tot 1842 werkte hij in Amsterdam, waarna hij naar Oosterbeek verhuisde. Vanaf 1848 was hij actief als stadstekenmeester: eerst in Zaandam (waar zijn eerste echtgenote overleed en hij achterbleef met 3 kleine kinderen), daarna vanaf 1850 (na een tweede huwelijk) in Zutphen en vervolgens vanaf 1854 in Arnhem. 

Pelgrom werd door de dirigerende leden voorgedragen en door B&W van Middelburg in 1858 benoemd. In april 1859 was er werk van Pelgrom te zien in het academiegebouw in de St. Pieterstraat. Een viertal kleinere werken en drie grote: een wintergezicht in de Alpen, een gezicht bij Arnhem en een storm bij Hardenstein aan de Ruhr. Vooral dat laatste schilderij trok de belangstelling door de treffende wijze waarop het geschilderd was. De rotspartijen getuigden van een getrouwe studie van de natuur, zo schreef de recensent in de Middelburgsche Courant. De Romantiek bloeide en Pelgrom had hier blijkbaar een snaar bij het modebewuste publiek getroffen. Wellicht betaalde de reis naar het Ruhrgebied en Heidelberg zich in dit schilderij uit. Van een reis naar de Alpen is nergens sprake, zodat het Wintergezicht in de Alpen mogelijk minder natuurgetrouw was, voor zover kunstbeschouwers in Middelburg hier een oordeel uit eigen aanschouwing over konden hebben. 

Een Gezicht bij Arnhem dat wellicht in Middelburg heeft gehangen, was tot voor kort te koop bij een kunsthandel in het land. Mogelijk is het schilderij Veemarkt uit 1847 dat daar nog te koop is, ook een resultaat van zijn reis naar Duitsland. Eigenlijk een ‘modern’ schilderij met de restanten van de oude agrarische samenleving in de vorm van een kleurige veemarkt op de heuvelige voorgrond en de nieuwe tijd met lustig rokende grauwe industrieschoorstenen in het stroomgebied van een rivier (Ruhr?) op de achtergrond. Het is verleidelijk om hier een kunstzinnig commentaar op de industrialisatie in te zien. 

Veemarkt, Jacobus Pelgrom, 1847 – simonis-buunk.nl, geraadpleegd op 23 augustus 2021

In 1860 was er weer werk van Pelgrom te zien, waaronder nu ook Walcherse thema’s, wat de recensent weliswaar beviel, maar niet met alles was hij even gelukkig: soms was het hem wat te bont. Het Zeeuws Genootschap bezit een serie gewassen tekeningen van Pelgrom die veelal nu verdwenen gebouwen in de stad en omgeving (Popkensburg) tonen. Het is onduidelijk waarom Pelgrom al in juli 1861 ontslag vroeg, wat hem door B&W eervol verleend werd. Passen doet het wel in het rijtje van kortstondige betrekkingen van de kunstenaar. Hij toog met vrouw en 6 kinderen naar Amsterdam en stierf daar nog voor het jaar om was, 50 jaar oud.

Arnold Wiggers