Portret van meester Meertens

A.G. van Prooijen, Abraham Meertens, 1815. Tekening ca. 10 x 10 cm
Zeeuws Genootschap, schenking Velhorst, 2023
A.G. van Prooijen, Abraham Meertens, 1815. Tekening ca. 10 x 10 cm Zeeuws Genootschap, schenking Velhorst, 2023

Een van de medeoprichters van de Teeken Akademie in 1778 was Abraham Meertens (1747-1823). Tot aan zijn dood bleef hij ook als tekenmeester aan de academie verbonden, naast zijn werkzaamheden als kunst- en behangselschilder. Volgens een lijkdicht moet hij een echte kindervriend en een populaire leraar zijn geweest. 

Hoewel over zijn persoonlijke leven niet veel bekend is, lijkt het erop dat Abraham Meertens (hij noemde zich lang Abraham Junior) zelf geen nageslacht had. In 1797 komt hij in een telling voor als 51-jarige weduwnaar. Gegevens over dit huwelijk ontbreken, zelfs de naam van de partner blijft verborgen. In 1803 trad de toen 56-jarige Abraham opnieuw in het huwelijk. Op 29 mei 1803 ging hij in ondertrouw met Elisabeth Jacoba Scheffens (ook Scheffers) (ca. 1772-1862), wat wel betekend zal hebben dat er in juni getrouwd is. Bij het opmaken van de boedel ten behoeve van de successie in 1824 is de veel jongere weduwe zijn universele erfgename en erft zij het huis aan de Wal. Van kinderen, ook uit een eerder huwelijk, is dan geen sprake. Opmerkelijk is de waarde van de schilderijen en tekeningen die op ƒ 270 getaxeerd werd. Best een bedrag, gerekend naar ƒ 900 waarop het huis werd geschat. Mogelijk was ‘liggende Brakhond, bij eenig dood Wild’ ook nog in het huis op de Wal. Het schilderij was in 1828 tijdens de expositie ter gelegenheid van het 50-jarig bestaan in het academiegebouw Museum Medioburgensis te zien. 

Frederik Nagtglas weet in zijn Levensberichten van Zeeuwen te melden dat de Teeken Akademie een portret van hem bewaarde. Niet lang na het verschijnen van dit naslagwerk, in juni 1893 verkocht het bestuur het gebouw in de Lange Sint Pieterstraat, waarna het voortvarend ontruimd moest worden. De gemeente wilde voor de start van het nieuwe schoolseizoen in de winter nog wat verbouwingen doorvoeren. Het Zeeuws Genootschap had in het nieuwe museum (sinds 1888) aan de Wagenaarstraat nog voldoende ruimte en wat als Zeeuws geclassificeerd kon worden verhuisde daarnaartoe. De meest kostbare schilderijen zouden als niet-Zeeuws in Amsterdam in 1902 verkocht worden. Toch is in de collectie van het Genootschap het portret van Meertens niet te vinden. Onduidelijk is ook wat het geweest is: een schilderij of een tekening en door wie?

Bij de schenking van Erik Velhorst aan het Genootschap dit voorjaar is een getekend portretje van een heer in een ovalen lijstje achter glas. De zichtmaat is maximaal 9 x 7 cm. In 1989 is het oude etiket verwijderd en de achterkant opnieuw dichtgeplakt. Alleen de originele datering, 1815, is bewaard gebleven. De tekst van de oorspronkelijke achterkant is opnieuw als volgt genoteerd: ‘Meester Mertens. Getekend door A.Z. van Prooijen’. De tekenaar moet Adriaan Gerrit van Prooijen (1796-1854) zijn geweest, die in 1815 zijn opleiding aan de Teeken Akademie afsloot met de zilveren medaille als hoogste onderscheiding in de tekenkunst. Zou hij uit erkentelijkheid zijn tekenleraar Abraham Meertens hebben getekend? Een (school)meester Mertens of een andere onderwijsgevende Meertens is in die tijd in de wijde omtrek van Middelburg niet te vinden. Abraham Meertens heeft hiermee een gezicht gekregen. 

Arnold Wiggers