Fotograaf tussen koekenbakkers en antiekliefhebbers deel 1

Korte Gortstraat richting Lange Gorstraat / Korte Geere., ca. 1915. Linksachter Baron Chassé. Het laatste huisnummer aan de rechterwand was K 15. Schilder A.N. Dikkenberg had K 14 als woonhuis en K 13 als werkplaats tussen 1865-1872 – Zeeuws Archief, KZGW ZI, Prentbriefkaarten 1902 (ZI-P-1902)

Een ding is zeker: Fred(e)rik was tussen 1800 en 1900 de meest voorkomende mannelijke voornaam in de familie Dikkenberg. Wat beroepskeuze betreft was er ook een duidelijke voorkeur: ‘koekebakker’. Begonnen was het allemaal met Frederik Dikkenberg (ca. 1754-1809), afkomstig uit Den Haag en koekenbakker in de Kromme Weele. Een eerbaar beroep, waar een opleiding aan de Teeken Akademie op het eerste oog niet veel voordeel bood.

Nee, dan Abraham Nicolaas Dikkenberg (1834-1872), die het in de hoogste klassen tekenen tussen 1849 en 1854 driemaal tot primus schopte. Met die onderscheidingen op zak verhuisde hij -behorend tot de Christelijk Afgescheidenen, zo noteerde de ambtenaar- naar Vlissingen in dat laatste jaar om als eerste klas schilder bij de Marinewerf te gaan werken. In 1859 werd hij daar op eigen verzoek ontslagen. Hij zal bij een andere baas zijn gaan werken, want op 21 februari 1865 laat hij in de Middelburgsche Courant weten dat hij, ‘… sedert enige jaren het Schildersvak te Brussel uitgeoefend hebbende, … de Zaak van H.H. Poelemans & Zoon heeft overgenomen.’ Die ‘Schilders-Affaire’ bevond zich in de Korte Gortstraat van waaruit hij de zaken blijkbaar groots aanpakte. Hij begon met het zoeken naar 2 knechten en een leerling. 

Nog in hetzelfde jaar in augustus stierf zijn vader, Nicolaas Frederik, inderdaad een koekenbakker, na langdurig en smartelijk lijden. Zijn zaak in de Vlissingsestraat werd door de weduwe Maria Pieternella Siewert samen met de oudste zoon Johannes Jacobus voortgezet. In 1867 trok de weduwe zich uit de zaak terug. Over de andere koekenbakkerszaak van broer Pieter Dikkenberg later meer. 

Bij voortduring vroeg schilder Abraham Nicolaas in de krant om personeel, die bij hem vast werk konden vinden. In februari 1866 breidde hij zijn zaak uit met een handel in spiegel- en vensterglas uit België, waarna hij op 6 maart per advertentie laat weten op zoek te zijn naar maar liefst 10 knechten. Wie zijn klanten waren, is niet na te gaan. De stad Middelburg zal het niet geweest zijn. De verfklussen aan overheidsgebouwen gingen steeds zijn neus voorbij omdat hij duurder dan de concurrentie was, zo blijkt uit de openbare aanbestedingen. 

Wie zoekt op de naam Dikkenberg in de Middelburgsche Courant komt behalve de vele advertenties van de koekenbakkerszaken Dikkenberg waarin onder meer allerlei soorten sinterklaasgebak werden aanbevolen en de H.H.-landbouwers werden opgeroepen mutsaarts te verkopen èn het zoeken naar personeel door de schilder Abraham Nicolaas, advertenties van diverse dames Dikkenberg tegen, op zoek naar allerlei vrouwelijk personeel in het huishouden. De krant had er goede klanten aan.

Een bijzonder inkijkje in de samenleving biedt het rechtbankverslag in de krant van 7 januari 1866. Marinus (14) en Izaak (12) Timmerman hadden op 12 november in het koffiehuis van H.F. Geerts 2 halve kruikjes bier op naam van huisschilder A.N. Dikkenberg besteld, ‘die hiervan niets wist’. Na het bier te hebben uitgedronken verkochten de jongens de kruiken voor 6 cent. Oplichting en dat verdiende bestraft worden. Marinus werd 2 maanden vastgezet, wat de krant ook fors vond, maar verklaarbaar, omdat hij in oktober ook al voor oplichting was veroordeeld. Voor Izaak werd het 14 dagen brommen. Daarenboven moesten ze ieder ook nog een gulden betalen, wat ook niet niks was en bij in gebreke blijven zo maar een paar extra dagen in het cachot kon opleveren. 

(wordt vervolgd)

Arnold Wiggers

J.H. Hollestelle, (1858-1920), Gezicht op het voormalige Tuchthuis en Spinhuis te Middelburg, met wacht in wachthuisje en Spinhuisbrug en Stadsschuur (situatie 1875) – Zeeuws Archief KZGW ZI II 0429
J.H. Hollestelle, (1858-1920), Gezicht op het de achterzijde van het voormalige Tuchthuis en Spinhuis te Middelburg, met Spinhuisbrug (situatie 1875) – Zeeuws Archief KZGW ZI II 0430