De broer en de neef Van Puffelen

Timmerman en aannemer Pieter Johannes was de door de Teeken Akademie meest onderscheiden telg uit de familie Van Puffelen, zoals in een eerder blog verhaald. Hij blonk uit in de bouwkunde, zijn oudere broer Jacobus Adrianus en neef Karel Marinus van Puffelen hadden tekentalent en werden onderscheiden voor hun tekeningen naar prent.

Jacobus Adrianus’ genealogische gegevens zijn nog niet zo eenvoudig terug te vinden, alleen al vanwege het tegelijkertijd voorkomen van verschillende personen met deze naam in Middelburg. Enig puzzelwerk maakt het aannemelijk dat hij 26 juni 1825 geboren is en op 13 januari 1901 overleed. Hij huwde Johanna Helena van Maldegem en had een schildersbedrijf, waarvan hij de werkplaats in 1858 van de Nieuwstraat naar de Spanjaardstraat verplaatste. Zoon Cornelis -ontwerper van plateeldecors en tapijten- bracht het tot oprichter van een tapijtenfabriek in Den Haag.

Op 24 augustus 1842 werd hij in de jaarlijkse algemene vergadering van de Teeken Akademie als primus in de 2e klasse naar prent onderscheiden met een keurige boekband. Het betrof Aanleiding tot de kennis der anatomie, in de tekenkunst, betreklyk tot het menschbeeld uitgegeven in Amsterdam in 1783. Auteur was Cornelis Ploos van Amstel, mededirecteur van de Teken-Academie der stad Amsterdam en nog zowat, liet hij op de titelpagina drukken. Ook in Zeeland was deze heer bekend: hij ontwierp de prijspenning die 250 jaar het beeldmerk van het Zeeuws Genootschap bepaalde. Afgelopen december werd het terzijde geschoven. Onlangs werd het boek te koop aangeboden, waarbij (b)leek dat de band nog compleet met opdracht is, maar zeker niet met fluwelen handschoenen is gehanteerd.

Uit de Middelburgsche Courant van 10 mei 1836 – krantenbank.nl

Karel Marinus van Puffelen (1826-1886) was de zoon van Gerrit van Puffelen en Jacoba Petronella (Pieternella) Menschaart. Vader Gerrit was horlogemaker en stierf in 1836 op 36-jarige leeftijd, waarop zijn jonge weduwe in de Middelburgsche Courant van 10 mei adverteerde: ‘… mij nalatende 9 Kinderen, te jong om hun groot verlies te beseffen. Wat ik in mijn zwangeren staat aan hem verlies, kunnen zij alleen beseffen die den Overledene in zijn werkkring gekend hebben.’ Het kind kwam in oktober levenloos ter wereld. Volgens de advertentie overleed weduwe Van Puffelen onverwacht in september 1837. En zo was Karel Marinus wees en zal de lessen aan de Teeken Akademie gratis hebben mogen volgen. 

Van Karel Marinus rest nog het meest. Hij ontwikkelde zich tot orgelbouwer en vestigde zich volgens het lidmatenregister in 1857 in Zaltbommel, waar hij in 1866 de kasteleinsdochter Arnolda Sophie de Roock (1838-1927) huwde. Ondanks zijn gevorderde leeftijd, was dit zijn eerste huwelijk. Hij had in deze stad een eigen orgelbouwerij en leverde vooral orgels in het Rivierengebied. Hij overleed er ook, terwijl Arnolda Sophie en een zoon zich in Vlissingen vestigden en daar hun graf vonden. 

In Zeeland zijn twee orgels van zijn hand: het orgel uit 1873 voor de kerk van Ritthem (nu in de kerk van de Gereformeerde Gemeente in Nederland in Arnemuiden) en dat uit 1874 in de kerk van Oost-Souburg.

Arnold Wiggers

Orgel gebouwd in 1874 door K.M. van Puffelen in de oude dorpskerk te Oost-Souburg, ‘De Nieuwe Haven’ van de Protestantse Gemeente – Foto Protestantse Gemeente